Hajós ligt in het zuiden van Hongarije. Het lijkt een nietszeggend dorpje. Toch is het uw aandacht waard. U vindt er namelijk een van de langste rijen wijnkelders van het land. Bovendien staat hier het in 2010 schitterend gerestaureerde aartsbisschoppelijk jachtslot.
Het aartsbisschoppelijk jachtslot
Graaf Gábor Patachich, aartsbisschop van Kalocsa bouwde rond 1740 een eerste versie van het Jókai aartsbisschoppelijk Jachtslot. In de vorige eeuw diende het als weeshuis en kindertehuis. In 2009/2010 is het jachtslot in oude luister hersteld. Vooral de kleurige taferelen binnen zullen u verbazen. Het is echt een pronkstuk in dit woeste herdersland.
Barokke monumenten
Het belangrijkste barokke monument in Hajós is natuurlijk het aartsbisschoppelijk jachtslot Jókai. Het kreeg zijn nieuwe functie als museumkasteel in de herfst van 2010.
- Dit slot is een ‘must see’ tijdens uw vakantie in Hongarije.
Hajós (Hajosch in het Duits) werd in 1722 de eerste Duitse nederzetting op het bisschoppelijke terrein. Er woonden vooral Zwabisch Duitse kolonisten.
Zwabisch gebied in Hongarije
Een van de kolonisten, Anna Maria Hall, nam in 1726 een Mariabeeld mee. Het beeld zou onderweg verschillende wonderen verricht hebben. Het staat nog altijd in de plaatselijke kerk. Die is in 1794 door paus Pius VI officieel tot bedevaartsoord uitgeroepen.
Hajós kent meer dan 1200 wijnhuizen. Hier proeft u de vurige, rijpende wijn in de koele kelders. Elke vreemdeling wordt met een “Grüssgott” begroet.
Sint Urbanus
Tienduizenden mensen herdenken tijdens een wijnfestival in het laatste weekend van mei Sint Urbanus. Hij is de beschermheilige van de druiventelers en wijnmakers. De bezoekers van dit bekende wijnfestival wacht naast vele open wijnkelders ook een rijk cultureel programma.
Hajós – Baja is een relatief klein wijngebied in het zuiden van Hongarije. Het ligt min of meer aan de rand van de poesta.
De Hajós – Baja wijnregio
De bisschop van Kalocsa liet in de 18e eeuw Duitse immigranten toe in het gebied. Dit ziet u terug in de Duitse architectuur, perserijen en wijnkelders. Aartsbisschop Csáky verplichtte de eerste Duitse kolonisten zich ook met wijnbouw bezig te houden. Hij streek daarbij zelf één tiende van de oogst op.
Het klimaat kenmerkt zich door extreem warme en droge zomers, gevolgd door koude winters. Witte wijn is dominant in dit gebied, vooral de cserszegi füszeres en de kiralyleánkya. Van de rode wijnen zijn vooral de kékfrankos, zweigelt en kadarka bekend.
Op vakantie in de heuvelige Mecsek, wipt u zo even over de Donau heen. Brengt u een bezoekje aan de renaissancestad Baja en dit even verderop liggende paleis. Gegarandeerd een leuke vakantiedag.