Het dorpje Grábóc werd rond 1300 rond de toenmalige Benedictijnse kerk met klooster gesticht. In dit dorpje staat het enige resterende Servische klooster van Hongarije. In de bossen is nog een eeuwenoude Servische begraafplaats.
- Boek vakantiehuis Grevnik op loopafstand van het klooster
Vlucht naar Grábóc
Het Servisch Orthodoxe klooster in Grábóc is uniek in Hongarije
De monniken van Grábóc kwamen uit het Dalmatische klooster Dragovich. Ze ontsnapten ternauwernood aan de Turken en vluchtten naar Hongarije rond 1580.
Er woonden toen al Serviërs in Grábóc. De broeders bouwden eerst een houten kerk en met toestemming van de pasja van Boeda bouwden ze in 1587 een stenen kerk.
Verwoesting van het klooster
Prachtige fresco’s en iconen
De Turken verwoestten het klooster in 1667. De laatste monniken verlieten het in 1703 na een plundering door de Rákóczi vrijheidsstrijders.
Een deel van de broeders vluchtte naar het klooster Sisátovác in Sirmium. Ze bleven daar tot 1711.
De monniken werden teruggeroepen door de abt van Szekszárd. Ze bouwden een steenoven om stenen te bakken voor de huidige Servisch orthodoxe kerk, die in 1736 klaar was. Het klooster werd 25 jaar later gebouwd en diende als opleidingsinstituut voor ordebroeders.
Leven in Grábóc
Het klooster diende gelijk als theologisch instituut
Het klooster bezat 92 hectare grond. Kinderen van 13 – 14 jaar bewerkten de grond, zorgden voor de dieren en waren knecht.
Veel kinderen werden onderwezen via de vele afbeeldingen in de kerk en de 50 iconen. In 15 jaar leerden ze alles wat een ordebroeder weten moet, en als ze wilden werden ze tot monnik gewijd.
Na zijn wijding tot priester mag een Servische priester niet meer huwen. De kerk is zo ingericht dat de gelovigen altijd van het westen naar het oosten staan.
Er is geen orgel en er zijn geen banken. De stoelen werden verkocht aan mensen die deze hun hele leven gebruikten. Ze hebben hoge leuningen zodat men er bij het staan tegenaan kon leunen.
Iconen
De belangrijkste deur
Achter de iconenverzameling in de kerk van Grábóc is het altaar. Er zijn 3 deuren. De middelste is de Koninklijke deur. Hierdoor mogen alleen de priester en de koning (mits gewijd) doorheen. Boven deze deur hangt de Engelengroet: de engel Gabriël met Maria.
In het koepeldak en op de muren staan vele schilderingen. De wandschilderingen zijn geschilderd door de Oekraïense kunstenaar Andrej Obrazil en door de Wener Florian Hoffmann.
De iconen in de kerk van Grábóc zijn geschilderd door de Serviër Wasilije Ostoch. Let u vooral ook op de oude vlag met een Russisch icoon met de driehandige moeder van God.
U kunt in Grábóc een vakantiehuisje boeken bij ons en zo een uniek stukje Hongarije ervaren. Dit klooster is ook een prima dagtocht op vakantie, zeker als u het combineert met zwemmen in een van de meertjes in de buurt.