Békéscsaba is een klein, enigszins vergeten stadje op de Hongaarse poesta. Het is de geboorteplaats van de schilder Mihály Munkácsy, die ooit successen vierde in de Parijse salons en de thuisbasis van het Bier- en Worstfestival.
Békéscsaba – Slowaakse nederzetting in Hongarije
Békéscsaba is volgens de Slowaken een Slowaakse nederzetting in Hongarije. Dit klopt maar gedeeltelijk, want de Slowaken kregen pas in 1715 de overhand na de herbevolking van het stadje.
De stad is niet groot, maar er is genoeg te doen om een dag te verpozen, zeker als in de herfst het Bier en Worst Festival plaatsvindt.
Het gebied rondom Békéscsabais al zeker 5000 jaar bewoond.
Stormhoek
Achtereenvolgens vochten de Scythen, Kelten, Dacianen, Sarmatianen en de Hunnen om het vruchtbare stroomdal van de Tisza.
Na de dood van hun leider Attila de Hun, vertrokken de Hunnen en kwam het gebied in de 9e eeuw in handen van de Hongaren. Door deze gewelddadige geschiedenis kreeg de regio de bijnaam ‘Stormhoek’.
Tijdens de Hongaarse verovering van 896 namen Árpád en zijn mannen het gebied in. Veel van de dorpjes zijn waarschijnlijk winterhoofdkwartieren van de nomaden geweest.
Verwoest kasteel
Ook Békéscsaba begint haar leven als winterhoofdkwartier en wordt voor het eerst genoemd in een Pauselijk register uit 1332.
De stad was eigendom van de familie Ábránfy. Ze bouwden hier rond 1520 een kasteel. Dit werd na de verovering van Boeda door de Turken verwoest door een concurrerende kasteelheer.
Tijdens de Ottomaanse oorlogen in de 16e en 17e eeuw werd de hele omgeving verwoest. Nadat de Hongaren de Turken verdreven hadden, stichtte János György Harruckern het nieuwe Békéscsaba.
Slowaaks herinneringscentrum
De bevolking steeg explosief met de komst van een groep Slowaken in 1718.
De Slowaken kwamen voor vrijheid van Godsdienst, belastingontwijking (of ontduiking, het is maar hoe je het ziet) en om er land te kopen.
Volgens de Slowaakse overlevering is de stad vernoemd naar haar eerste eigenaar: Csaba Békés. U kunt deze hele geschiedenis zelf volgen in het Slovak Tajház, een Slowaaks herinneringscentrum.
Het Slovak Tajház is een origineel boerenhuisje uit de tijd van Csaba Békés. Aan de voorkant is de ‘mooie kamer’.
Achter in het huis ziet u hoe de mensen in die tijd echt leefden: hard werken en weinig luxe.
De Wereldoorlogen
Na de WO I verloor Hongarije grote gebieden aan onder meer Roemenië door het Verdrag van Trianon. Békéscsaba nam de rol van de verloren steden Arad en Nagyvárad over, die ineens in Roemenië lagen.
Dieptepunten uit de WO II zijn de deportatie van 3000 Joden naar Auschwitz en de ‘bevrijding’ van Békéscsaba door het Rode Leger in 1944.
Mihály Munkácsy
Mihály Munkácsy is een internationaal bekende schilder. Hij groeide na de dood van zijn ouders op bij zijn oom en tante in Békéscsaba.
Hier staan het Munkácsy museum en het Omaszta landhuis, dat is ingericht als herinneringscentrum.
Munkácsy is bekend met het harde leven op de Grote Hongaarse Laagvlakte. Dat uit zich bijzonder goed in zijn schilderij van de ontgoochelde echtgenoot, dat ook in Békéscsaba te bewonderen is.
Munkácsy de artiest
Een van Munkácsy’s vroegste werken is het afscheid van Sándor Petöfi van zijn ouders. Hij vertrekt naar het slagveld, waar de 26- jarige dichter van Servische komaf zal sneuvelen.
Hij heeft ons enkele bewonderenswaardige gedichten nagelaten.
Munkácsy Parijse jaren
Munkácsy verhuisde naar Parijs en ging het leven in de Parijse salons schilderen.
Daarin was hij zó succesvol dat de man die in 1867 een certificaat van armoede kreeg van de gemeente Békéscsaba een kasteel kon kopen.
Het Omaszta landhuis
Het Omaszta landhuis werd in 1840 gebouwd door een familielid van Munkácsy. In het communisme was het een melkhandel en een verzamelgebouw voor de partij.
In 1994 werd het heropend als herinneringshuis aan Munkácsy. De rode salon weerspiegelt het leven van de rijken in het Hongarije van de 19e eeuw.
De familie Omaszta liet Biedermeyer meubels uit Wenen komen. Bijzonderheid is de gouden klok. Die speelt een Duits kerstliedje en een statige Hongaarse ballroom dans: de Palótache.
Békéscsaba is niet groot, maar een wandeling door het centrum geeft het beeld van een sfeervol en rustig stadje. Munkácsy fans mogen de stad zeker niet overslaan. Anderen kunnen hier een vakantiebeleving uit het land der Magyaren meenemen die net even anders is.